Interview met Terry Hearn

Interview met Terry Hearn  (magazine 11, december ’98)

(dit interview werd afgenomen in de zomer van 1998)

Het is dinsdagavond 19 h in het najaar van 1996 als het faxtoestel plots tot leven komt en me wel heel apart nieuws brengt. Het Engelse record is gebroken!! En wat meer is, het is gebroken door Terry ‘the Tench’ Hearn, mijn favoriete Engelse karperman. Mary‚ de grote Wraysbury vis, al jarenlang door kenners getipt als dé kandidaat. De fantastische vis vond zijn Waterloo in Tels net, gewicht 55 lb 13 oz (25 kg 3). Onmiddellijk krijg ik het intens warm van binnen. Het bericht heeft het effect op me zoals een bruistablet op stilstaand water. Terry heeft het geflikt! Ik heb er plezier in, het is alsof ik de vis zelf gevangen heb. Dat moet gevierd! Ik bel vlug enkele maten op, vertel het heuglijke nieuws en wat later duiken we de kroegen langs de Gentse Vlasmarkt in en klinken op Tels succes.

Het Engelse karpervissen heeft me altijd nauw aan het hart gelegen en ik volg de sien na al die jaren nog steeds op de voet. Ik vind hun geschiedenis fascinerend, bewogen en interessant. Engeland heeft generatie na generatie sterke en boeiende vissers voortgebracht. De beginjaren werden volledig gedomineerd door Walker en diens legendarische record Clarissa uit Redmire. Later had je Jack Hilton met zijn boek Quest for Carp, één van de allerbeste karperboeken ooit geschreven. Dan kwam de generatie van Rod Hutchinson, Chris Yates, Ritchie McDonald, Andy Little, Kevin Maddocks. Gevolgd door Rob Maylin en zijn Famous Five. Vandaag de dag zijn er Dave Lane, maar bovenal Terry Hearn.

Terry ‘Tel’‚ voor de vrienden, is voor het Britse karpervissen wat Owen voor het Engels voetbal is. De nieuwe jonge oppergod. Mateloos getalenteerd, meesterlijk inzicht en dodelijk doeltreffend. En bovendien een schat van een gast. Ondanks zijn mateloze populariteit in de Britse karpersien is hij de bescheidenheid zelve.

Terry ving de afgelopen jaren zowat alles wat er te vangen viel aan grote vissen. Het begon drie jaar geleden met Basil, de grote North lake vis van Yateley op een gewicht van 45 lb 6 oz. Het toeval wou dat ik in die periode zelf verzeild raakte op het Yateley complex en een eerste keer kennis maakte met Tel. Zijn manier van denken en vissen spraken mij enorm aan en dat zou niet veranderen naarmate ik Tel beter leerde kennen. Het is frappant met hoeveel liefde Tel over het vissen spreekt, zijn enthousiasme is aanstekelijk en inspirerend. Hij walste als een niet te stuiten stoomtrein over achtereenvolgens the North lake, the Pad lake en the Car Park lake, drie van de goorste nachtmerries van de Engelse karpervisser. Elk water telt slechts een handvol vissen, wordt dag en nacht, week in week uit, jaar na jaar constant bevist en is beenhard. Tel deed zijn ding en ving wat er te vangen viel. Jumbo, Scale on the Shoulder‚ Heather the Leather‚ Single Scale‚ The Big Orange‚ The Dustbin, al die oude en grote legendarische vissen verdwenen één voor één in zijn landingsnet. Tussenin ving hij de veertigponder van het Londense Richmond Park  42 lb 2 oz. Dan toog ie naar het hardste water onder de hardere wateren, Wraysbury en schreef zichzelf de geschiedenis in door er eerst Mallins‚ uit te rammelen op 40 lb + en vervolgens Mary‚ Engelands grootste karper en dat op een nieuw Brits record van 55 lb 13 oz. Net toen iedereen dacht dat hij de top had bereikt en slechts nog neerwaarts kon gaan liet ie weer van zich spreken door een vijftigponder (50 lb 13 oz) te vangen van het toen nog relatief onbekende Chilham in Kent (hij ving notabene ook nog de nummer twee van het water, tevens de grootste schub, op 39 lb 12 oz). De eerste karpervisser in Engeland die erin slaagde om twee verschillende vijftigponders te vangen. Van daaruit ging het naar het beruchte Colnemere‚ waar ie nog steeds vist. Colnemere is zowat het best bewaarde geheim van Engeland. Tel wist dat er jaren terug ooit een grote spiegel was gevangen door ene Jason Hayward die er destijds de prestigieuze Cobra Cup mee won (een aanzienlijke geldprijs die jaarlijks wordt uitgereikt aan de meest belangrijkste vangst). Hij deed het nodige zoekwerk, ging vissen en ving de vis die al zes jaar niet meer op het droge was geweest, gewicht: 48 lb 13 oz. Terry is intussen wat je noemt een full time angler, iemand die leeft van zijn vissen. Hij zit intussen zowel bij Nash als bij Drennan onder contract. Sommige opteren dat het op die manier wel moet meevallen om die grote vissen te vangen, als je er al voor betaald wordt. Maar vergeten daarbij gemakelijkshalve dat ie al deze vangsten deed alvorens de company’s in hem geïnteresseerd raakten. Het gaat om een afgedwongen voorrecht. Het is het resultaat van jaren intensief bezig zijn met eigen middelen. Niemand besluit immers om geld te steken in iemand die nog alles moet bewijzen.

Wij togen begin juli ‘98 naar Sutton at Hone in Kent (tevens het dorpje waar The Tackle Box, één van Engelands meest befaamde hengelsportwinkels zijn anker heeft) waar we afspraak hadden met Tel aan het Sutton water 2. Een naar Belgische normen piepkleine plas van amper anderhalve hectare dat drie Engelse veertigers en nog een reeks hoge dertigers herbergt. Eén ervan, The Fully Scaled‚ is Tels doelwit. Zijn plan is om het water vooral de komende winter aan te pakken. Deze korte sessie is meer bedoeld om wat in touch‚ te komen met de plas en zijn bewoners zodat ie tegen het najaar zijn offensief definitief kan starten.
Tel zal in december van de partij zijn met een schitterende diareeks op onze jaarlijkse meeting. Een primeur voor het continent, iets om niet te missen!
Een gesprek met het idool van elke Engelse karperliefhebber, ook één van onze idolen, Terry Hearn:
 

Terry, je bent een relatief jonge visser, hoe lang vis je eigenlijk al en ben je altijd al karpervisser geweest?

Ik vis eigenlijk al zolang ik me kan herinneren. Ik was heel jong toen mijn vader mij en m’n zusje met zich meenam naar de Thames. Hij vertelt me dat ie me in het begin zelfs met een lang touw vastbond aan een boom omdat ik altijd zo dicht bij de oever wou komen en ie bang was dat ik in de rivier zou donderen. Ik heb vrijwel alle mogelijke takken van het vissen beoefend, zelfs zeevissen vanuit een boot. Ik vis intussen al zo’n tien jaar op karper. Ik vind persoonlijk dat je er meer baat bij hebt als je ook andere vissoorten heb bevist en hebt leren kennen. Het is beslist van grote hulp voor het karpervissen omdat je een veel bredere achtergrond hebt.

 

Wat is je sterkste punt in het karpervissen? Ben je een rig-specialist, een aasgoeroe of heb je gewoon Golden Bollocks?

(Barst uit in lachen), euh ik vermoed dat het watercraft‚ is. Het water als het ware kunnen lezen, je een juist beeld kunnen vormen van wat er zich onder de waterspiegel afspeelt. Natuurlijk bezit ik ook wel voldoende kennis van de andere aspecten, dat is nu eenmaal noodzakelijk als je vist op dit niveau. Maar het water aanvoelen‚ is waarschijnlijk wel men sterkste punt. Ik vermoed dat zoiets voor een deel aangeboren is, je leert het niet, je kan het of je kan het niet. Je moet in de huid van de karper kunnen kruipen, je psychologisch in hem verplaatsen, zelf een beetje karper worden. Je moet wel oppassen dat je niet te ver gaat met dat laatste, anders krijg je schubben.

 
Vertel ons wat het meest onwaarschijnlijke iets was dat je ooit zag doen aan de waterkant?

Wel ik hoorde vanmorgen dat men hier op het Sutton water enkele jaren terug de gewoonte had om steeds een hoop bakstenen met zich mee te zeulen en die elke morgen voor het aanvangen van de visdag in de waterlelies smeet om de karpers eruit te jagen en het open water in te sturen. Dit omdat het verboden was om tussen de dichtbegroeide waterlelies te vissen. Om die reden staat er heden ten dage in het reglement dat stenen geen  onderdeel van je uitrusting mogen uitmaken. Grappig op het eerste zicht, niet?
 

Wat is het belangrijkste onderdeel van je uitrusting?

De haak, het ultieme uiteinde van ons wapen. Een haak moet in de eerste plaats aangepast zijn aan de manier van vissen. Hij moet bovenal razend scherp zijn, een lange fijne punt hebben. We zijn momenteel bezig (hij doelt op Drennan waar ie consultant is) met het ontwerp van een type haak die voor 100 % aan die eisen moet voldoen. Een soort wegwerphaak. Hiermee bedoel ik een haak met een korte levensduur die je na elke vangst zal moeten vervangen. Maar omwille van zijn specifieke bouw een hogere prikkans zal hebben.

Je staat erom bekend vrijwel uitsluitend te vissen naar de echt grote en onder zware druk staande karpers. We hebben het hier over individuele vissen te midden van een groot deel andere en kleinere vissen. Hoe verhoog je je kansen op juist die grotere jongens? 

 Wel Alijn, onze waters zien er compleet verschillend uit dan   jullie continentale wateren. Ze zijn om te beginnen vrijwel  allemaal glashelder en ondiep. De oevers staan vol met wat    wij noemen watching trees‚ bomen van waaruit we de  vissen heel goed kunnen observeren in het klare water.  Wanneer je elke dag de vis waar je achterzit ziet zwemmen  dan ga je na verloop van tijd opmerken dat ie net als een  mens bepaalde gewoonten heeft, bepaalde voorkeuren ook.  Je geeft je ogen de kost, je observeert en je bouwt een soort  identiteitskaart op van de vis. Je zal er achter komen dat ie  zich bijvoorbeeld hoofdzakelijk in een welbepaalde plaats  van het water zal ophouden enz. Op die manier kan je een  groot stuk doelgerichter vissen en kan je de dingen in de  hand werken. Het is bijvoorbeeld ongelooflijk hoe klein hun  favoriete aasplaatsen soms zijn. Misschien heb je het al  meegemaakt dat je altijd weer op diezelfde stek en hengel actie krijgt terwijl de hengel die slechts enkele meters verder ligt en roerloos blijft bijliggen. Dat heeft te maken met natuurlijke aasplaatsen. Vissen weten precies waar het natuurlijk voedsel zich bevindt en keren steeds naar diezelfde vierkante meter terug. Wanneer je aas daar gepresenteerd ligt dan volgt vrij vlot een run, ligt ie elders dan kijken ze er niet eens naar om. Dit gebeurt vooral ‘s zomers wanneer het water krioelt van het natuurlijk voedsel.

Als je zoals hier in de mogelijkheid bent om de vissen te zien zwemmen, te zien azen, hun gedrag te observeren t.o.v. haakaas, tot wat soort vaststellingen kom je dan? Hoeveel keren wordt een haakboilie opgenomen in de bek van een vis verdwijnend zonder dat je ook maar de minste indicatie hebt van een beet?

Zoiets is heel moeilijk in te schatten als je het nooit eerder hebt gezien. Me baserend op mijn eigen observaties heb ik gemerkt dat vissen alleen te vangen zijn als ze zich verplaatsen. Ik heb meermaals een karper mijn haakaas zien opnemen en weer uitspuwen of zelfs zich lichtjes zien haken en zich vervolgens via krachtige bewegingen met zijn bek zichzelf weer zien onthaken zonder dat er ook maar de geringste beetindicatie viel waar te nemen. Ik vermoed dat ze op zijn minst in de helft van de gevallen zich met het grootste gemak ontdoen van de haak.

Je ving vrijwel alle grote Yateley vissen op twee na zijnde Chunky‚ en Arfur. Hoe komt het dat je dat duo miste, zijn ze zoveel moeilijker om vangen?

Kijk Alijn we gaan er te dikwijls van uit dat sommige vissen slimmer zijn dan anderen en dat de reden daar ligt dat ze procentueel minder worden gevangen. Door langdurige observatie van o.a. Arfur ben ik erachter gekomen dat die vis gewoon op een compleet andere manier aast dan zijn soortgenoten. En ik denk niet dat zijn manier van azen is ontwikkeld door het door de jaren heen geleerde wijsheid om haakboilies te ontwijken maar gewoon als een andere gedragsvorm. Het feit dat Arfur door de jaren heen slechts een achttal keren is gevangen (we spreken over een periode van vijftien jaar op een water waar er al die tijd een constante druk heeft geheerst) bewijst dat. De vis komt er nu niet minder uit dan vroeger dus mocht zijn gedrag voortkomen uit een leerproces dan zou er een dalende lijn in z’n vangsten zitten. Nee ik heb deze vis dagenlang op mijn voerstek gehad, ik zag hem vanuit een boom dagelijks hangen boven m‚n stek en hij at al die tijd m’n aas. Ik ving verscheidene andere vissen maar hij ontsnapte me steeds weer. Ik ben er pas veel later door nog meer observatie van heel dichtbij achter gekomen dat Arthur zijn manier van azen daadwerkelijk verschilt van zijn soortgenoten. Wanneer de vis aast komt ie met zijn bek vrijwel niet weg van de bodem, dus pop up vissen is een compleet verloren zaak in het geval van Arthur. Nu viste ik vrijwel uitsluitend pop up, slechts een centimeter boven de bodem hoor, juist dat de haak recht stond, meer niet. De reden hiervoor was dat een pop up rig meer hakingskansen heeft en procentueel veel minder losschieters met zich meebrengt. Ik ving bovendien relatief goed dus ga je niet onmiddellijk denken om te veranderen snap je? Wanneer ik later ging navraag doen bij de weinige mensen die deze vis wel hadden gevangen bleek het stuk voor stuk om op de bodem gepresenteerde aasaanbiedingen te gaan. Nu was het feit dat je met een bodemboilie zat te vissen nog geen garantie hoor, verre van maar je zat er toch wel een ietsje dichterbij.

Ik zal enkele namen voorlezen waar jij mag commentaar op geven.

Rob Maylin: Rob is van heel grote invloed geweest. Zijn boeken Tiger Bay‚ Fox Pool‚ & Bazils Bush hebben een ganse karpervissersgeneratie geïnspireerd. The Famous Five‚ waarvan Rob, leider en boegbeeld was waren een begrip. Ik heb meerdere jaren met Rob na zijn Famous Five periode gevist op Yateley en daar heb ik goede herinneringen aan. Rob is a great character. Hij is tevens hoofdredacteur en uitgever van het Big Carp magazine.

Steve Alcott: behoorde eveneens tot de Famous Five stal en vist ondanks zijn beperkte vistijd (Steve heeft een gezin en werkt full time) nog steeds elk jaar een aanzienlijke reeks grote vissen bij mekaar die bovendien uit ‘s lands moeilijkste wateren komen. Steve heeft the knack‚ om overal de grootste vissen te vangen en de kleinere te ontlopen. Ook hij ving (korte tijd na mij) The Hermit‚ de grote Colnemere spiegel waar zoveel rond te doen is geweest.

Ritchie McDonald: Wat Richie in zijn dagen klaarspeelde was van een uitzonderlijk niveau. Op elk water die hij aanpakte slaagde ie erin om de grootste vissen te vangen. Vier veertigponders van vier verschillende wateren. Niet niks, geloof me. Hij vist al enkele jaren niet meer op karper, zat zelfs een tijdje in de gevangenis maar zal voor altijd een plaats hebben in de Engelse karpergeschiedenis.

Rod Hutchinson: Mijn interesse in Rod is de laatste jaren wat getaand, puur omdat Rod niet langer meer in Engeland vist en ikzelf zoals de meeste Engelsen hoofdzakelijk bezig ben Engelse vissen. Maar Rod was een grote inspiratie in zijn tijd. Hij was min of meer de particle-uitvinder en geniet -terecht- nog steeds een enorm respect alhier. Zijn eerste boeken waren behoorlijk opwindend.

Kevin Maddocks: Een grote pionier in zijn tijd. Maar hij is niet van mijn generatie zoals Rob. Ook het feit dat ie vrijwel nog uitsluitend in het buitenland vist maakt dat m‚n interesse eerder gering te noemen is.

Dave Lane: Een ongelooflijk talentrijke visser. Heel mobiel in zijn aanpak, de eenvoud zelve, maar bijzonder doeltreffend. Iemand met grote capaciteiten. Ving als enige de gehele Horton populatie en deed dat later nog eens over op Wraysbury. Heeft een indrukwekkende lijst van grote vissen op zijn naam staan en is bovendien en heel genietbare kerel.

 Roger Smith: Ach, goeie oude Roger, gekend om zijn  Rogerismes. Een levende legende, één van de meest  markante en kleurrijke figuren die ooit aan de Engelse  oevers rondliep. Een man met een onwaarschijnlijk speciaal  soort humor. Ik viste onlangs nog samen met hem op een  Junior Fish in en hij ving een brasem. Toen hij later de dril  beschreef zij ie het volgende: „Well mate that bream was  rolling its eyes violently at me”. Typisch Roger zo’n uitleg.  Rob Maylin vroeg hem tijdens zijn Savay periode ooit eens  of ie geen last had van het feit dat ie de karpers deed lijden  omdat hij toch een haak in hun bek trok. Het was een  gesprek weetjewel over het ethische van de zaak. We  beweren allemaal wel dat we veel van karpers houden maar  tegelijkertijd kunnen we er niet onderuit dat we ze in min of  meerdere mate kwellen. Roger zijn antwoord klonk als  volgt: „Kijk, ik zie het zo: ik hou enorm veel van die  beesten, ze zijn als mijn kinderen. Om die redenen voed ik ze ook en krijgen ze dagelijks een massa boilies van me. Maar er zit één boilie tussen die van mij is -die aan m’n haak- en daar moeten ze afblijven. Anders komen ze in moeilijkheden” Schitterend toch, die uitleg?

Ian Welch: Ian is de baas van Leisure Sport Angling, de maatschappij die het gros van Engelse wateren beheerd. Een fantastische vent als persoon, ik heb hem heel graag. Maar de fouten die de laatste jaren gemaakt zijn door het uitzetten van nieuwe vissen op onze befaamde kanjerwaters waren een miskleun van jewelste. Het hielp een groot deel van onze oude karpers, juwelen van vissen, om zeep. Je kan alleen maar hopen dat er de juiste lessen worden uitgetrokken.
 
Julian Cundiff: Julian heeft zijn plaats in het karpervissen. Tuurlijk hij komt weinig origineel uit de hoek. Al wat ie neerschrijft is al honderd keer eerder gezegd en geschreven, maar hij vervult zeker en vast een belangrijke plaats in het Engelse karpergebeuren, vooral voor de nieuwkomers.
 
Paul Selman: Ik wou dat hij zijn vissen eens anders ging vasthouden, (schiet in een lach). Nee grapje, mocht hij zuidelijker wonen zou ie zeker kunnen concurreren met vele van de topvissers. Redacteur van het Engelse Carp Society magazine, hengelsportjournalist. Neemt zichzelf en het vissen misschien wat te serieus. Heeft afgelopen jaar zijn eerste boek uitgebracht.

Tim Paisley: Tim heeft heel veel goeds gedaan voor het karpervissen. A thinking angler.  Ik herinner me een artikel van hem van heel lang geleden over de werking/niet werking van onderlijnen op modderbodems die me echt aan het denken zette en me op het spoor van enkele interessante dingen bracht. Dé man achter Carpworld en Crafty Carper. Was ook betrokken bij het in leven roepen van Carp-Talk, het enige weekblad voor karpervissers ter wereld. Tim heeft enorm veel macht in de uitgeverswereld en drukt zodoende een niet te onderschatten stempel op het karpergebeuren. Auteur van verschillende karperboeken.

Rob Hughes & Simon Crow: Hun naam zal wel voor altijd verbonden blijven met dat wereldkampioenschap‚ in Fishabil. Met alle respect hoor maar zulks heeft niks te maken met wat karpervissen is. Je trekt een briefje met een nummer op en die stek moet je dan gaan bevissen. Je hebt slechts een beperkte ruimte en daar is veel te veel geluk mee gemoeid. Karpervissen heeft niks te maken met enduro‚s en wereldkampioenschappen kunnen nooit of te nimmer en juist beeld geven van de kwaliteiten van een visser. Het hoort gewoon niet bij karpervissen. Simon en Rob zijn vergelijkbaar met Julian wat betekent dat ze dus zeker hun plaats verdienen. Alleen zijn ze er voor het soort visser die een ietwat andere ingesteldheid hebben dan wij die uitsluitend op de grote vissen jagen.

Natalie Imbruglia: Australische, fantastisch kind, een volschub van het zuiverste water. De ultieme droom van elke rechtgeaarde karpervisser. Je weet dat ik onwaarschijnlijk hard baal van de vele import exemplaren die ons land teisteren. Voor haar wil ik een uitzondering maken.
(Tot onze grote spijt schijnt ze intussen ten prooi te zijn gevallen aan de grijpgrage handen van Lenny  ik-deed-het-ooit-met-Vanessa-Paradis‚ Kravitz    nvdr. )

Wat was de invloed van Lady Di‚s dood op je karpervisserij?

(Algemene hilariteit aan de waterkant). Euh… wel een vriend kwam langs aan de waterkant en vertelde me het nieuws. Eerst geloofde ik er geen bal van, vervolgens merkte ik dat ie ernstig was en stortte in tranen uit. Ik overwoog om een maand te stoppen met vissen en al die tijd te gaan rouwen. Nee serieus, ik ben zelf niet vatbaar voor de massahysterie die er rondhangt.

Ik weet dat je veel gebruik maakt van hennep, wat is het effect ervan op karpers?

Ik gebruik inderdaad meer hennep dan boilies.  Ik ben van oordeel dat hennep, op sommig  natuurlijk voedsel na, de favoriet is van de  karper. Karpers worden gewoon dol als je ze  op hennep Œhebt zitten‚. Ze houden van het  crispy karakter van de zaden, ze gaan er  compleet uit de bol van.
 

 En op jezelf?

 Kijkt me verbaasd aan, krabt achter zijn oor  en begint te lachen. O, dat bedoel je, euh,  fantastisch spul, het maakt het vissen  aangenamer, plezanter…

Wat bedraagt de kostprijs om te vissen op de Engelse topwateren?

Wel het is niet zo dat je zoals op het continent een vergunning koopt waar je overal mee kan vissen. Je moet voor elk water afzonderlijk afdokken. Bovendien bestaan er voor elk topwater lange wachtlijsten. Dat betekent dat je in sommige gevallen zoals Horton bijvoorbeeld gemakkelijk vijf jaar kan wachten alvorens je kan toetreden. De kostprijs van een water zoals Horton is £ 450 ( = 27 000 Bfr!!!). Yateley kost je de helft van dit bedrag en voor dit Sutton water hier mag je £ 150 ophoesten. Voor Wraysbury daarentegen betaal je slechts‚ £ 50 de stok. Ik heb nu het geluk dat ik wat je noemt a honorary member ben (een erelid), dat betekent dat ik dit jaar op elke Leisure water gratis vis. Om die reden maak ik er gebruik van om te vissen op plassen zoals dit waar ik anders waarschijnlijk nooit zou vissen. Het is nl. onmogelijk om tegen die prijs zoveel verschillende plaatsen te gaan bevissen.
 
Klopt het dat je met een boek bezig bent?

Ja dat klopt. Alleen zit ik momenteel een beetje in wat je noemt een off-periode. Afgelopen winter schoot het heel goed op, maar sinds het betere weer van de partij is heb ik het stukken moeilijker om achter de PC te zitten en de godganse dag teksten te schrijven. De lokroep van het water weet je? Het plan was oorspronkelijk dat het boek er tegen het einde van dit jaar zou zijn maar ik vrees dat het allicht niet voor de lente van 1999 het levenslicht zal zien. Rob Maylin zal het uitgeven en er zullen verschillende hoofdstukken van bevriende vissers inzitten. O.a. een hoofdstuk van een nieuw Engels kanaalrecord dat door een maat van mij is gevangen. Er zal natuurlijk ook werk van Rob in terug te vinden zijn.
Alijn Danau

 

Fototeksten:
Tel schub: Terry Hearn met een grote en klassieke Engelse schub van 18 kg.
Tel Fully :Terry met The Fully Scaled van Sutton at Hone op 38 lb, gevangen nadat bovenstaande interview werd afgenomen
Interview Tel: Terry Hearn toont zijn favoriete rig.
Terry Hearn: Terry met een 21 kg vis van vorig seizoen (2000). 
Interview Tel & Jamy Smith: Terry en Jamie op theevisite bij Frank Blank na de Tels diareeks op de VBK-meeting in ‘98

Related posts

Interview met Chris De Clercq

Interview met Bleyenberg Stefaan-Ait Messaoud

Interview met Arjan Uitbeijerse