VBK Magazine

14 een halve eeuw later nog steeds in mijn hoofd. Ik voelde mij als een spons en zoog daarbij continue indrukken, kennis en er- varingen met betrekking tot alle facetten van de visserij in mij op. Een sportvissende pionier die dankzij een hengel een verbor- gen en geheimzinnige gebleven wereld kon ontdekken. Oogverblindende schoonheden Die zeelt is lang mijn PB geweest, niet al- leen de grootste zeelt die ik ving, maar mijn grootste vis in het algemeen. De eerste bladzijden van een boek dat zou verworden tot de levensloop van (karper) visser werden ingevuld door zeelten. Het mag dan ook geen verwondering heten dat er tot op heden in mijn vissersziel een voorliefde leeft voor deze schitteren- de vissen. Het maakt mij geen moer uit dat er anno 2019 tijdens een gemiddelde karpersessie meermaals een zeelt tussen loopt, zeker niet omdat het vaak vissen zijn van een oogverblindende schoonheid. Bovendien zijn het, dankzij de omstandig- heden op het desbetreffende water, vissen van een kingsize formaat.“Double figure” zeelten komen jaarlijks in het landings- net. Weegschaal en lintmeter kregen die keer een dubbelcheck, maar mijn grootste zeelt bracht wel degelijk 66 cm en 5,6 kg op de tabellen, iets wat volgens sommige ingewijden in het zeeltvissen zowat verge- lijkbaar zou zijn met de vangst van een zes- tigponder bij het karpervissen. Hutchinson “Man can fly to the moon so catching a stupid fish should be easy meat. Yet it isn’t always the case.”schreef Rod Hutchinson zaliger in de inleiding van Rod Hutchinsons’ ‘Carp Book’dat in 1980 van de persen rol- de. Deze quote staat eveneens in zijn boek ‘Carp Now and Then’dat het levenslicht zag in 1988 en het integrale eerste boek bevat, alsook een uitgebreide update van belangrijke ontwikkelingen binnen de kar- pervisserij die tussen 1980 en 1988 in deze hengeldiscipline ingang vonden en ons deed wegdromen bij de hoofdstukken die Rod over zijn visserij op het Zuid-Frans Lac de Saint-Cassien schreef. Niet alleen deze meester-karpervisser was er zich terdege van bewust dat karpers vangen niet altijd evident is, ook de ‘generatie ‘69’was hier- van op de hoogte. Ook toen werd er door ‘those in the know’, ook in ons Belgenland- je, alles aan gedaan om de vangstkansen drastisch te verhogen. Avant la lettre Aardappels, één van de stereotiepe aas- soorten in die pioniersperiode van de ja- ren ’50 en ’60 van de vorige eeuw werden gekookt, nou ja eigenlijk gegaard, in volle melk waaraan smaken als honing, vanil- le en suiker waren toegevoegd. Kokende melk borrelt over en dus was het zaak om de piepers mals te krijgen door de tempe- ratuur onder het kookpunt te houden en de kookpot tijdig van het vuur te halen. Ook aan pasta werden via het kookvocht smaken meegegeven en stoffen als melk die op de bodem van het viswater zou- den uitwolken. Bij het brasemvissen was gebleken dat pasta in de vorm van kleine elleboogjes naar verhouding veel vis naar het net brachten. De sprekende vangstre- sultaten met deze aassoort werden echter aan een verkeerde oorzaak toegeschreven. De redenering was immers dat de vissen de pasta tussen hun lippen namen en deze door zijn glibberigheid ongewild de bek van de vissen infloepte. De haak werd met zijn punt uit de elleboogjes gevist, een beetje zoals hennepvissers destijds (en nu waarschijnlijk nog) op voorn vis(t)en. Een primitieve manier avant la lettre van wat later side-hooking zou gaan heten in the U.K., en later dus ook in de Lage Landen. Dat de verbeterde manier om efficiënter brasems te haken hieraan debet was, werd niet opgemerkt, en werd integendeel zelfs als een nadeel bestempeld omwille van de zichtbare haken. Maar wat werkt voor bra- sem moest toch ook werken voor karpers, en dus werd hetzelfde systeem, evenwel met grotere haken die voorzien waren van een groter formaat van pasta, met succes ingezet door vooruitstrevende plaatselijke karpervissers. Nieuwsonderdezon? In lokaas, gevist als grondvoer rond een voerveer, werden allerlei soorten granen verwerkt (maïs, koolzaad, hennep, millet, nigerzaad, lijnzaad, blauw maanzaad om er een paar te noemen) met als achter- liggende bedoeling om zowel de smaak, geur als de verteerbaarheid van het aas te verbeteren zodat een karper die van het aas had gegeten sneller opnieuw honger zou krijgen en dus weer aan het azen zou slaan. Ultramodern hoor ik u denken, uit- vindingen van deze tijd? We praten over de visserij in 1969, misschien is er minder nieuws onder de zon dan sommige recla- meboys de goedgelovige karpervisser wil- len doen geloven. MoederMichielsende karpertafel Zij die nu 81 is kon onmogelijk bevroeden dat haar oudste telg door die zeeltvangst na de nachtwedstrijd onherroepelijk de visserij ingezogen werd. Sinds de 50tiger jaren van de vorige eeuw heeft ze karper- vissers in haar keuken en onder haar dak, al tijdens zeven opeenvolgende decennia dus. Als er iemand is die karpervissersver- halen kent, dan is zij het wel. In the 80ies en aan het begin van the 90ties stond de beroemdste/beruchtste tafel uit het Me- chelse karpervissen in haar living. Karper- vissers van heinde en verre, uit binnen- en buitenland, namen ooit plaats rond deze tafel. Zondagmiddag, aan het einde van de weekendsessie troepten kameraad-kar- pervissers die in de buurt hun ding deden samen rond die befaamde tafel voor een nabespreking van hun visweek of om nieu- we plannen te smeden en om inzichten te delen. Steevast waren er of koffiekoeken of taart en voor de liefhebbers spek met eie- ren. Zo sociaal wordt het ondanks of omwi- le (beste lezer, schrappen wat voor jou niet past) de zogenaamde social media nooit Destijds was wintervissen ook een vorm van pionieren Kwam op mijn ‘pad’in Rainbow

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=